Eerste Kamerverkiezingen 1991
Op 27 mei kozen de leden van de Provinciale Staten een nieuwe Eerste Kamer. De uitslag weerspiegelde uiteraard de verhoudingen in de Staten, maar was toch niet helemaal voorspelbaar vanwege lijstverbindingen en de keuze van de regionale partijen. Die partijen, verenigd in een Platform Onafhankelijke Groeperingen, konden echter geen overeenstemming bereiken over een gezamenlijke kandidaat en verloren daarmee de kans op een senaatszetel. Grote winnaar werd weer D66, grote verliezer de PvdA (zie tabel). CDA, Groen Links en de SGP wonnen elk een zetel. Het CDA kreeg hierbij waarschijnlijk de - ongevraagde - steun van de drie Statenleden van de Centrumdemocraten, die door hun hoofdbestuur waren opgeroepen hun stem op de christen-democraten uit te brengen.
tabel uitslag Eerste Kamerverkiezingen 1991 (in zetels)
|
1987 |
1991 |
CDA |
26 |
27 |
PvdA |
26 |
16 |
VVD |
12 |
12 |
D66 |
5 |
12 |
GL* |
3 |
4 |
SGP |
1 |
2 |
GPV |
1 |
1 |
RPF |
1 |
1 |
Totaal |
75 |
75 |
* Groen Links bestond in 1987 nog niet; CPN, PSP en PPR hadden toen elk één zetel in de Eerste Kamer.
Bron: Verkiezingsstatistiek Provinciale Staten CBS, 1991
Op 11 juni werd de nieuwe Eerste Kamer geïnstalleerd. P.J.A.M. Steenkamp (CDA) trad af als voorzitter en werd opgevolgd door H.D. Tjeenk Willink (PvdA). Aangezien de voorzittershamer in de Tweede Kamer in 1989 was overgegaan van PvdA naar CDA, lag het voor de hand dat nu in de Eerste Kamer het omgekeerde zou gebeuren.