Eerste Kamerverkiezingen 1987
Op 9 juni kozen de 748 Provinciale Statenleden een nieuwe Eerste Kamer. De Statenleden stemden op de lijst van hun partij, zodat grote verrassingen uitgesloten waren. Door lijsten te verbinden konden echter restzetels op verschillende wijzen verdeeld worden. Gezien de geringe verschillen tussen de coalitiepartijen enerzijds (366 Statenzetels) en de overige partijen anderzijds (382 zetels) werd de uitslag toch met enige spanning tegemoet gezien; daarbij moet echter bedacht worden dat de stemmen van de verschillende provincies nog gewogen worden naar bevolkingsaantal.
De coalitiepartijen wisten hun meerderheid in de Eerste Kamer net te handhaven, daarmee een eind makend aan speculaties over de invloed die een door de oppositie beheerste senaat zou kunnen spelen in het parlementair bestel van Nederland. CDA en VVD hadden voor het eerst hun lijsten verbonden. Minder ongebruikelijk waren de lijstverbindingen tussen GPV, RPF en SGP en tussen CPN en PSP. PPR en D66 hadden hun lijsten ook gekoppeld, nadat besprekingen met FNP, PNL en Groenen waren mislukt. Die drie partijen stelden daarop zelf een gecombineerde lijst op, die echter geen kamerzetel behaalde. (zie tabel)
tabel Eerste Kamerverkiezingen in zeteltallen
|
1986 |
1987 |
CDA |
26 |
26 |
PvdA |
17 |
26 |
VVD |
16 |
12 |
D66 |
6 |
5 |
CPN |
2 |
1 |
GPV |
1 |
1 |
PPR |
2 |
1 |
PSP |
2 |
1 |
RPF |
1 |
1 |
SGP |
2 |
1 |
Totaal |
75 |
75 |